Nieuws/ herfst 2011
Weer opkrabbelen
Nu, bijna een jaar na het herseninfact dat mij vorig jaar trof, komt er allengs meer lijn in de dingen. De geest is onvermoeibaar ‘gewoon’ doorgegaan, maar het vlees is nu eenmaal zwak, letterlijk gezien dan. Met oefenen kan ik nog wel een en ander verbeteren, maar spectaculaire sprongen zijn waarschijnlijk niet meer te verwachten. Ik bevind me inmiddels in het stadium van de kleine stapjes die allengs kleiner worden Onverminderd energiek ga ik door met revalideren: lopen, driewielfietsen, zingen, praten. Een scootmobiel staat mij inmiddels ten dienste. Daarmee kun je op opvallend veel plaatsen komen. Op 20 oktober houd ik een lezing voor de Vrienden van de Hofvijver in Den Haag. Zo kan het woord wielen krijgen.
De geest gaat onvermoeibaar ‘gewoon’ door, het werk ook – zij het op en beduidend lager pitje dan voorheen. Deze zomer rondde ik samen met landschapsarchitect Arjan Nienhuis www.nienhuislandschap.nlde conceptversie af van het project “De Atlantikwall en de wateragenda van de 21e eeuw” [zie onder de rubriek “Geschiedenis van de toekomst” op deze site]. Arjan en ik zijn nu druk doende met de afronding van het project “De vaart erin” over de mogelijke herleving van de binnenvaart in de toekomst. Gezamenlijke vervolgprojecten in de sfeer van landschap en water liggen in het verschiet. Met ruimtelijk organisatiekundige Jan Dirk Dorrepaal houd ik me het komende jaar vooral bezig met Europa, en dan met name met het Europees middenbestuur van de toekomst onder het motto “Van het Europa van de lidstaten naar hert Europa van de stedelijke netwerken”, deels schatplichtig aan de Noorse filosoof/ politicoloog/ socioloog Stein Rokkan. Hou hiervoor de site www.dubbelkrimp.nl in de gaten! In de periode waarin mijn beroerte kreeg, was ik druk doende met de afronding van de site www.atlantikwallplatform.eu [afgerond onder leiding van collegae Vladimir Mars www.lopendezaken.eu en Arjan Nienhuiswww.nienhuislandschap.nl ]. Nu ben ik bezig meerdere regionale, landelijke en Europese partijen bijeen te brengen om dit in potentie veelbelovende project verder te verbreden en te verdiepen. Daarbij gaat het me niet alleen om de krijgskundige kant van de zaak, maar veeleer om de landschappelijke en maatschappelijke aspecten. Onder de noemer “De fluïde kust”willen Arjan Nienhuis en ik de dynamische en veranderlijke oostkust van de Noordzee tot een belangrijk ruimtelijk thema maken. Als internationaal comparatieve leidraad kan de Atlantikwall hierbij een rol spelen. Over de maatschappelijk-historische kant van de Atlantikwall intrigeert vooral de vergelijking van Nederland met Vlaanderen me en dan met name op het gebied van de herdenking en de betekenisgeving. Daarbij dringen zich onmiddellijk de verschillen op in betekenisgeving aan beide wereldoorlogen aan weerszijden van de grens. Koopmansnatie Nederland wist aan de eerste oorlogsdans te ontspringen en van die gelukkige omstandigheid bovendien goed garen te spinnen. Vlaanderen werd helemaal in de maalstroom van het krijgsgeweld van de eerste oorlog meegesleurd en hield aan de tweede oorlog met de Koningskwestie een trauma van nationaal formaat over dat doorziekt tot op de dag van vandaag in de relatie met Wallonië.
Holland is de er in de twintigste eeuw relatief genadig van af gekomen. Dat brengt mij tot nog een reeks van mogelijke projecten onder de noemers “Decennium van Democratie en Revolutie” en “Het ideaal van de groeiende democratie”. De lezing voor de Vrienden van de Hofvijver op 20 oktober moet daarvoor het startschot vormen . Met het “Decennium van Democratie en Revolutie” doel ik op de jaren tien van de twintigste eeuw, waarop de komende jaren in een serie van initiatieven teruggekeken wordt, op de politieke, sociale en ‘ideologische’ gebeurtenissen en processen van honderd jaar geleden. En van daaruit kijken we terug op een andere revolutionaire periode, de Bataafse Tijd. De hele tijdspanne, van het begin van de ‘lange 19e eeuw’ ( van de Bataafse Revolutie tot de Eerste Wereldoorlog) tot het eind van de ‘korte 20e eeuw’ (van de Oktoberrevolutie tot de Val van de Muur) brengen we samen onder de noemer “Het ideaal van de groeiende democratie”. Een van de samenwerkingspartners zou het Haags Historisch Museum kunnen zijn. Den Haag, het grootste dorp van Europa volgens de reisgidsen, niet zelden ook als het mooiste geprezen. Politiek centrum van Nederland, waar alles toch vijftig jaar later gebeurt dan elders. De Bataafse Revolutie stierf er in fluweel, Troelstra beging er in 1918 zijn fatale ‘vergissing’. Den Haag, Nederland – in de wereld, maar niet van de wereld?