Zwerver tussen ontfermen en noodlot
Een concert kan je binnen de muren van een gebedsruimte brengen die je anders niet zo snel zo zou bezoeken. Neem die kerk aan de Scheveningse Weg 235 in Scheveningen. Van buiten streng, sober, zakelijk – perfect aansluitend op de religieuze signatuur van het calvinistische vissersdorp. Zo lijkt het. Maar eenmaal binnen een jubelt de roomse pracht en
praal van de Heilige Antonius Abtkerk je veelvervig tegemoet. Bij de bouw werden kosten noch moeite gespaard. Onvermijdelijk wordt de aandacht van de bezoeker naar het immense mozaïek in de apsis getrokken – ‘het grootste mozaïek boven de Alpen’ – zo meldt menige beschrijving met de nodige trots. In het oog daarbij springt daarbij vooral het intense bidden van de ‘gewone’ vissersbevolking tijdens een cholera-plaag van 1848. Hun gebeden werden verhoord, te oordelen naar de onverwacht snelle afloop van de epidemie indertijd. Kerk en mozaïek uit de jaren 1920 [1] herinneren aan het wonder.
We schrijven zaterdagavond 16 november 2024. Guur nat, kil weer. Het was binnen in de kerk overigens evenmin bepaald warm, maar dat veranderde allengs naarmate er meer bezoekers naar binnen kwamen. Plotseling, zo’n kleine tien minuten voordat het concert zou beginnen, ontstond er in de banken even vóór ons wat rumoer, rondom een gedaante gehuld in een fel oranje gekleurde poncho. Niet veel later spoedden twee vrouwelijke agenten naar de plek van de ongeregeldheden, op enige afstand gevolgd door maar liefst vier mannelijke secondanten. Met een geforceerde glimlach op het gelaat spraken de vrouwen in uniform de standaardformules voor dit soort situaties: “U kunt nu twee dingen doen: zonder problemen weggaan óf nog meer moeilijkheden maken. De eerste mogelijkheid is voor iedereen het beste…’ De gestalte, een sjofel uitziende man zo bleek bij nadere observatie, smeekte of ie nog niet een tijdje mocht blijven zitten , hij begon het eindelijk een beetje warm te krijgen.
Intussen was het concert begonnen. Op het programma van het Haagse Toonkunstkoor stond om te beginnen een tamelijk korte mis van Franz Schubert [2]. Het Kyrie klonk. ‘God heb medelijden, Christus heb medelijden’. Toch zou het enige tijd duren voor de betekenis van die woorden eindelijk doordrong tot de sterke arm – tot diep in het Credo. Toen pas trokken de overijverige dienders zich eindelijk achter in de kerk terug. Aan het eind van de mis leek het Lam Gods uiteindelijk zijn zegetocht mogen aanvaarden door de zonden van de wereld weg te nemen, zich over ons ter ontfermen en tenslotte vrede te brengen. Het applaus barstte los. Ook de gestalte van de zwerver sprong enthousiast op uit zijn stoel en klapte luid.
Maar het gelukzalige einde van de mis bleek helaas geen onderdeel te zijn van het eindoordeel voor onze zwerver. Want nu stond er een zeker zo pittig nummertje van niemand minder dan Johannes Brahms op het programma, onder de onheilspellende titel Hyperions Schicksalslied [3]. Aanvankelijk lijken er zich hier in de eerste twee strofen van het gedicht nog hoopvolle taferelen af te spelen waarin de wereld van de Griekse goden blijvend doorzicht zou kunnen geven op zalig menselijk verlangen. Maar in de derde strofe ontvouwt zich des te onverbiddelijker het noodlot wanneer de lijdende mens in Friedrich Hölderlins dichtregels uiteindelijk zonder pardon neerstort in het ongewisse… Gedurende die laatste strofe maakte de zwerver ineens aanstalten om weg te vluchten, de kerk uit, naar buiten. Twee agenten droegen hem nog wat spulletjes na, zijn slaapzak, zijn primitieve bivaktentje. Na raadpleging van de groepsapp van het toonkunstkoor bleek dat hij later op de avond nog gesignaleerd was verderop aan de Scheveningse Weg, wegkwijnend weggekropen in tentje en slaapzak…
Nu al weer zo’n vier jaar geleden, in het eerste ‘ Coronajaar’ [2020] , doken er aan het eind van de herfst in duinen, bossen en parken in en om Den Haag plotseling sjofele zwervers op in tentjes en zelf gebouwde optrekjes van hout en plastic. Het zouden arbeidsmigranten in de Westlandse glastuinbouw geweest zijn die door hun werkgevers dan wel koppelbazen plotsklaps aan de dijk gezet waren gezet, zonder baan en dak boven het hoofd… De berichten hierover in de pers verdwenen net zo snel als ze opgedoken waren [4]. Maar als de plannen van het hardvochtige kabinet Schoof over asiel en migratie doorgang vinden zouden dergelijke smartelijke taferelen zich wel eens veel vaker en op veel grotere schaal kunnen gaan afspelen. Wat de ontfermende God uit Schuberts mis verhoede……[5]
NOTEN
[1]
Over de Heilige Antonius Abtkerk zie o.m. de links:
https://www.haagsorgelkontakt.nl/antonius-abtkerk/
https://reliwiki.nl/index.php/%27s-Gravenhage,_Scheveningseweg_235_-_Antonius_Abt
https://www.scheveningentoenennu.nl/keramiek2/100-109/101/index.html
De mozaïeken zijn van de hand van de Scheveningse kunstenaar Antoon Molkenboer.
[2]
Het betreft hier Mis nr. 2 D167 van Franz Schubert
[3]
Friedrich Hölderlins Hyperions Schicksalslied komt uit het tweede deel van diens briefroman Hyperion oder der Eremit in Griechenland
Hier de originele derde strofe van Hyperions Schicksalslied:
Doch uns ist gegeben,
Auf keiner Stätte zu ruhn.
Es schwinden, es fallen
Die leidenden Menschen,
Blindelings von einer
Stunde zur andern,
WIe Wasser von Klippe
Zu Klippe geworfen,
Jahrlang ins Ungewisse hinab.
[4]
Zie o.m.:
=Migranten in Westland wonen in tenten en hutjes door gebrek aan huisvesting In: NOS Nieuwsuur 8 oktober 2020
2020; zie link: https://nos.nl/nieuwsuur/artikel/2351540-migranten-in-westland-wonen-in-tenten-en-hutjes-door-gebrek-aan-huisvesting
=Michiel van Gruijthuijsen, Actie tegen illegale bewoning:: groot tentenkamp in de duinen tussen Westland en Den Haag ontruimd In: Algemeen Dagblad 22 oktober 2020; zie link:
=Michiel van Gruijthuijsen, ‘Geen signalen ’ dat arbeidsmigranten in Westland in tenten en hutten wonen’ In: Algemeen Dagblad 16 november 2020; zie link: https://www.ad.nl/westland/geen-signalen-dat-arbeidsmigranten-in-westland-in-tenten-en-hutten-wonen~a16b1a8d/
Tegenstrijdige berichten, precies weten we het niet wat er zich heeft afgespeeld in het najaar van 2020 . Nadat er een prijs-glasplafond door de regering werd vastgesteld was het ergste leed geleden.De daklozen kwamen we in de berichtgeving weer dergelijke zwervers en daklozen tegen aan het eind van de derde golf van de pandemie – eind lente, begin zomer 2021 – toen er voor een deel van hen, tijdelijk onderbracht in hotels, onderdak gezocht moest worden, bijvoorbeeld in het inmiddels brandgevaarlijk verklaarde Dr. Willem Dreeshuis, een verpleeghuis vernoemd naar de befaamde sociaaldemocraat die decennialang aan de overkant van de straat had gewoond, in het deftige ‘zand’-deel van de Beeklaan. En tegen dat voornemen van de gemeente waren op hun beurt de gegoede buurtbewoners weer in het geweer gekomen. Zie: Christiaan Weijts, Dat hier 199.999 euro voor gevraagd wordt: een symptoom van een krankzinnige woningmarkt. In: NRC/ HB 28 mei 2021, zie link: https://www.nrc.nl/nieuws/2021/05/28/placebo-inspraak-a4045217#/handelsblad/2021/05/28/%23102
[5]
En dan te bedenken dat het met de zwerver in beroemde liederencyclus Die Winterreise [tekst Wilhelm Müller, getoonzet door Franz Schubert] juist allerellendigst afloopt; hij raakt uiteindelijk verkleumd door de kou volledig in verwarring….